Welke behandelingen kent Praktijk Paul Peters?
- Individuele problematiek zoals:
- stress;
- trauma's (E.M.D.R. mogelijk) of bijna traumatisch (beelden of herinneringen niet goed kunnen wegzetten);
- cognitieve gedragstherapie, die o.a.paniekangsten cq. angststoornissen verhelpen;
- slapeloosheid;
- lichaamsklachten;
- hoofdpijn;
- maagpijn;
- hyperventilatie;
- burn-out;
- depressies;
- irrationele angsten of fobieën;
- Opvoedingsproblematiek
- Werkproblematiek zoals managersproblematiek, advies aan leidinggevende/topmanagement
- Relatieproblematiek (ouders-kind/partners/gezinsproblematiek)
- e-Health Karify
Samenwerking in de Keten
Op voorspraak van de cliént kan vóór de behandeling informatie aan de verwijzer worden uitgewisseld betreffende intake-gegevens en diagnostiek. Tijdens de behandeling kan, wanneer noodzakelijk, overleg worden gepleegd met de verwijzer betreffende aanpassing van de diagnostiek incluis behandeling en/of terug-en-doorverwijzing naar resp. de verwijzer en eventueel de aansluitende therapie elders. Ook dit op voorspraak en toestemming van de cliënt.
Na de behandeling kan de verwijzer worden gerapporteerd over het eindresultaat van de therapie. Gebruik wordt gemaakt van resp. cognitieve gedragstherapie;een verwerkende therapie of een inzichtstherapie. De intake volgt 3 weken na de aanmelding, 2 weken na de intake, dus 5 weken na aanmelding, wordt de behandeling gestart. Voorwaarde is dat cliënt en hulpverlener akkoord gaan met het behandelingsplan en de gestelde diagnose. Tijdens de behandeling kunnen beide partijen in overleg gaan betreffende een aanpassing van de diagnostiek en behandeling. Na de behandeling wordt in overleg weer besloten om de behandeling te sluiten en te continueren met enige evaluatiegesprekken voor de bestendiging van het resultaat. Rapportage naar de verwijzer gebeurt weer na wederzijdse goedkeuring.
Ketenzorg vindt plaats bij crisissituaties bij wijze van preventie. Dan vindt doorverwijzing plaats in overleg met resp. de cliënt; de verwijzer en de centra, die de cliënt gaan opvangen cq begeleiden.
Overleg vindt plaats vóór de doorverwijzing en tijdens de verwijzing met de betrokken partijen. Ook na het doorverwijzingsproces kan worden uitgewisseld met de cliënt en de betrokken partijen over het doorverwijzingsresultaat en de noodzakelijke informatie, die nog moet worden uitgewisseld.